Klasse

Zeekomkommers

44 soorten

Zeekomkommers (Holothuroidea) vormen een klasse van ongewervelde dieren die behoren tot de stekelhuidigen. De meeste soorten hebben een langwerpig en worstvormig lichaam dat zowel aan de voor- als achterzijde stomp eindigt. Er zijn ook vormen met een sliertige of een bolle lichaamsvorm.

Zeekomkommers zijn net als andere stekelhuidigen uitgesproken zeedieren; ze kunnen niet overleven in zoet water of op het land. De verschillende soorten komen voor van de getijdenzone tot in de diepzee. De meeste soorten leven op de bodem, waar ze zich kruipend voortbewegen. Ook zijn er strikt gravende soorten bekend en enkele soorten zijn zelfs goede zwemmers.

De meeste groepen van stekelhuidigen hebben een stervormig lichaam (radiaal symmetrisch). Zeekomkommers wijken hier uitwendig sterk van af. De inwendige anatomie vertoont echter wel grote gelijkenissen met andere stekelhuidigen zoals zeesterren, slangsterren en zee-egels. Er zijn ongeveer 1.700 verschillende soorten zeekomkommers beschreven, waarvan er slechts twee weleens langs de kust van België en Nederland worden gevonden.

Zeekomkommers leven van kleine, zwevende voedingsdeeltjes of kleine organismen die uit het water worden gefilterd. Ze hebben hiertoe vaak duidelijke tentakels rond hun mond waarmee ze hun voedsel verzamelen. Sommige vertegenwoordigers zijn carnivoor en eten kleine diertjes, andere leven enkel van organische deeltjes in de modder van de zeebodem. De dieren worden zelf gegeten door verschillende andere dieren zoals roofvissen en zeeschildpadden. Sommige soorten kunnen een bepaald deel van het darmstelsel uitstoten ter verdediging. Deze sliertige structuren zijn plakkerig en bovendien giftig.

Verschillende soorten worden vooral in Azië gebruikt in gerechten of worden gebruikt als een traditioneel medicijn. Zeekomkommers worden vaak eerst gedroogd voor ze worden verwerkt als voedsel of in medicijnen.

Zeekomkommers komen wereldwijd voor; de verschillende soorten leven in alle grote oceanen en binnenzeeën, zoals de Grote Oceaan, de Indische Oceaan, de Atlantische Oceaan en de Middellandse Zee. De meeste soorten komen voor in het westelijke deel van de Grote Oceaan en in de Indische Oceaan. In Europa komen ongeveer tweehonderd soorten zeekomkommers voor. In Nederland is alleen de gewone zeekomkommer (Holothuria forskali) sporadisch waargenomen. In België is daarnaast de soort Ocnus planci aan te treffen langs de kust. Bij het Nederlands Soortenregister zijn waarnemingen van vier soorten zeekomkommers gemeld.

Zeekomkommers leven altijd in de zee: een belangrijke vijand is de zon en veel soorten kunnen zeer slecht tegen uitdroging. De dieren drogen snel uit en overleven niet lang als ze aan de buitenlucht worden blootgesteld. Een uitzondering vormt Opheodesoma grisea, van deze soort is bekend dat het dier grotendeels kan uitdrogen bij eb maar bij opkomende vloed wordt het lichaam weer van water voorzien. De zeekomkommer wordt dan weer gehydrateerd en vervolgt zijn weg.

De habitat verschilt enigszins per groep, veel soorten komen voor rond koraalriffen, andere prefereren een zanderige of juist een modderige ondergrond. Gravende soorten worden alleen gevonden in gebieden met een los substraat zoals zand of modder. De zon wordt zo veel mogelijk gemeden en op rotsachtige bodems levende groepen schuilen vaak in rotsspleten. Soorten die op zanderige bodems leven bedekken zich overdag met delen van het substraat om zich aan het zonlicht te onttrekken.

Daarnaast bestaat er een verschil in diepteverspreiding. Veel soorten komen voor in ondiep water van rond de getijdenzone tot grofweg 200 meter onder het wateroppervlak. Andere soorten zijn alleen in diepere wateren te vinden en weer andere zijn aan te merken als bewoners van de diepzee tot kilometers onder het wateroppervlak. Op een diepte van 8500 meter onder zeeniveau bleek dat 90 procent van alle organismen tot de zeekomkommers behoorden. Een exemplaar van de soort Prototrochus bruuni is gevonden op een diepte van 10,2 kilometer.

Slechts een klein aantal zeekomkommers tolereert een verlaagd zoutgehalte zoals in brakke wateren en rond riviermondingen. Een voorbeeld is Protankyra similis die leeft in mangrovebossen en ook soorten uit het geslacht Thyone kunnen rond zoetere riviermondingen leven.

De zeekomkommers die rond de kust van Zuid-Afrika leven staan bekend als een unieke groep die afwijkt van de meeste andere Afrikaanse soorten. Ook soorten die rond de kust van Nieuw-Zeeland leven lijken niet sterk verwant te zijn aan de groepen die leven in de zeeën van buurland Australië, zoals verwacht mag worden.

laat minder zien

Zeekomkommers (Holothuroidea) vormen een klasse van ongewervelde dieren die behoren tot de stekelhuidigen. De meeste soorten hebben een langwerpig en worstvormig lichaam dat zowel aan de voor- als achterzijde stomp eindigt. Er zijn ook vormen met een sliertige of een bolle lichaamsvorm.

Zeekomkommers zijn net als andere stekelhuidigen uitgesproken zeedieren; ze kunnen niet overleven in zoet water of op het land. De verschillende soorten komen voor van de getijdenzone tot in de diepzee. De meeste soorten leven op de bodem, waar ze zich kruipend voortbewegen. Ook zijn er strikt gravende soorten bekend en enkele soorten zijn zelfs goede zwemmers.

De meeste groepen van stekelhuidigen hebben een stervormig lichaam (radiaal symmetrisch). Zeekomkommers wijken hier uitwendig sterk van af. De inwendige anatomie vertoont echter wel grote gelijkenissen met andere stekelhuidigen zoals zeesterren, slangsterren en zee-egels. Er zijn ongeveer 1.700 verschillende soorten zeekomkommers beschreven, waarvan er slechts twee weleens langs de kust van België en Nederland worden gevonden.

Zeekomkommers leven van kleine, zwevende voedingsdeeltjes of kleine organismen die uit het water worden gefilterd. Ze hebben hiertoe vaak duidelijke tentakels rond hun mond waarmee ze hun voedsel verzamelen. Sommige vertegenwoordigers zijn carnivoor en eten kleine diertjes, andere leven enkel van organische deeltjes in de modder van de zeebodem. De dieren worden zelf gegeten door verschillende andere dieren zoals roofvissen en zeeschildpadden. Sommige soorten kunnen een bepaald deel van het darmstelsel uitstoten ter verdediging. Deze sliertige structuren zijn plakkerig en bovendien giftig.

Verschillende soorten worden vooral in Azië gebruikt in gerechten of worden gebruikt als een traditioneel medicijn. Zeekomkommers worden vaak eerst gedroogd voor ze worden verwerkt als voedsel of in medicijnen.

Zeekomkommers komen wereldwijd voor; de verschillende soorten leven in alle grote oceanen en binnenzeeën, zoals de Grote Oceaan, de Indische Oceaan, de Atlantische Oceaan en de Middellandse Zee. De meeste soorten komen voor in het westelijke deel van de Grote Oceaan en in de Indische Oceaan. In Europa komen ongeveer tweehonderd soorten zeekomkommers voor. In Nederland is alleen de gewone zeekomkommer (Holothuria forskali) sporadisch waargenomen. In België is daarnaast de soort Ocnus planci aan te treffen langs de kust. Bij het Nederlands Soortenregister zijn waarnemingen van vier soorten zeekomkommers gemeld.

Zeekomkommers leven altijd in de zee: een belangrijke vijand is de zon en veel soorten kunnen zeer slecht tegen uitdroging. De dieren drogen snel uit en overleven niet lang als ze aan de buitenlucht worden blootgesteld. Een uitzondering vormt Opheodesoma grisea, van deze soort is bekend dat het dier grotendeels kan uitdrogen bij eb maar bij opkomende vloed wordt het lichaam weer van water voorzien. De zeekomkommer wordt dan weer gehydrateerd en vervolgt zijn weg.

De habitat verschilt enigszins per groep, veel soorten komen voor rond koraalriffen, andere prefereren een zanderige of juist een modderige ondergrond. Gravende soorten worden alleen gevonden in gebieden met een los substraat zoals zand of modder. De zon wordt zo veel mogelijk gemeden en op rotsachtige bodems levende groepen schuilen vaak in rotsspleten. Soorten die op zanderige bodems leven bedekken zich overdag met delen van het substraat om zich aan het zonlicht te onttrekken.

Daarnaast bestaat er een verschil in diepteverspreiding. Veel soorten komen voor in ondiep water van rond de getijdenzone tot grofweg 200 meter onder het wateroppervlak. Andere soorten zijn alleen in diepere wateren te vinden en weer andere zijn aan te merken als bewoners van de diepzee tot kilometers onder het wateroppervlak. Op een diepte van 8500 meter onder zeeniveau bleek dat 90 procent van alle organismen tot de zeekomkommers behoorden. Een exemplaar van de soort Prototrochus bruuni is gevonden op een diepte van 10,2 kilometer.

Slechts een klein aantal zeekomkommers tolereert een verlaagd zoutgehalte zoals in brakke wateren en rond riviermondingen. Een voorbeeld is Protankyra similis die leeft in mangrovebossen en ook soorten uit het geslacht Thyone kunnen rond zoetere riviermondingen leven.

De zeekomkommers die rond de kust van Zuid-Afrika leven staan bekend als een unieke groep die afwijkt van de meeste andere Afrikaanse soorten. Ook soorten die rond de kust van Nieuw-Zeeland leven lijken niet sterk verwant te zijn aan de groepen die leven in de zeeën van buurland Australië, zoals verwacht mag worden.

laat minder zien