De kleine bruine skink (Scincella lateralis) is een hagedis uit de familie skinken (Scincidae).
Da
DagdierenVl
Vleesetende dierenEen carnivoor of vleeseter is in de ecologie een willekeurig organisme dat uitsluitend dierlijk weefsel als voedsel gebruikt. Dit weefsel kan zowel...
In
InsectenetersEen insectivoor is een insectenetend dier of plant. Insectivoor is een term uit de ecologie. Insectivora is een verouderde term uit de systematiek ...
Fo
Fossoriale dierenTe
TerrestrischeEi
EierleggendOviparie is het verschijnsel dat dieren zich voortplanten door middel van het leggen van eieren. Anders dan bij vivipare (levendbarende) dieren ont...
Pr
Precociale dierenRo
RoofdierenPredatie is het vangen, doden en opeten door een organisme, meestal een dier, van een ander dier, het prooidier. Predatoren worden ook natuurlijke ...
Po
PolygynandrieIn
In winterslaapDe winterslaap, ook wel hibernatie is een staat van voortdurende hypothermie. Deze kan een lange periode duren, een aantal dagen, enkele weken en s...
Ge
Geen migrantL
begint metDe skink is te herkennen aan de bruinrode bovenzijde met iets lichtere strepen aan de bovenzijde van de flanken. Daaronder is donkerbruine tot zwarte streep aanwezig die loopt van de staart naar achter het oog. De buik is meestal wit tot geelwit en de onderzijde van de flanken hebben meestal een zeer fijn patroon van donkere vlekjes. Geheel bruine exemplaren komen echter ook voor, evenals melanische (zwarte) dieren.
De schubben zijn erg glad. In vergelijking met veel andere skinken zijn de poten goed ontwikkeld en staan niet ver uit elkaar. De oogleden zijn beweeglijk en hebben een doorzichtig venster, zodat de hagedis met gesloten ogen toch kan zien, wat handig is bij het graven. De staart is zeer dik en lang, en een duidelijke hals ontbreekt. De totale lichaamslengte is maximaal 15 centimeter waarvan meer dan de helft bestaat uit staart.
De kleine bruine skink leeft in het zuiden en westen van de Verenigde Staten en Mexico. In de VS komt de skink voor in de staten Texas, Oklahoma, Kansas, Missouri, Arkansas, Louisiana, Illinois, Indiana, Ohio, Kentucky, Tennessee, Mississippi, Alabama, Georgia, Florida, South Carolina, North Carolina, Virginia, Maryland, West Virginia, Delaware, New Jersey. In Mexico is de hagedis aangetroffen in de staten Coahuila en Nuevo León.
De habitat bestaat uit warme maar vochtige streken, zoals natte heidevelden met bomen, bosranden en drogere delen van moerassen.
De hagedis eet kleine ongewervelden zoals insecten en slakken, die tussen de boomstronken en in de strooisellaag gezocht worden. De voortplantingstijd duurt aanmerkelijk langer dan bij andere soorten, de vrouwtjes kunnen wel vijf keer per jaar een legsel produceren.
De eitjes worden afgezet in rottend hout en worden niet bewaakt zoals ook bij sommige andere skinken voorkomt. Als de jongen uitkomen hebben ze een rode kop en een blauwe staart. Zoals bij wel meer hagedissen dienen deze felle kleuren bij de jongen waarschijnlijk om aan te geven dat ze nog niet geslachtsrijp zijn. Daardoor zien 'bronstige' mannetjes ze niet als concurrent, wat een voordeel is omdat mannetjes agressief zijn tegen soortgenoten.