Mara, Pampahaas, Patagonische haas
De mara, pampahaas of Patagonische haas (Dolichotis patagonum) is een cavia-achtig knaagdier.
Da
DagdierenPl
Plantenetende dierenEen herbivoor, fytofaag of planteneter is een organisme dat zich uitsluitend met plantaardig voedsel voedt. Dit in tegenstelling tot carnivoren, di...
Gr
GraminivoorIn de zoölogie is een graminivoor een herbivoor dier dat zich voornamelijk voedt met gras. Het woord is afgeleid van het Latijnse graminis, wat 'g...
Fr
FrugivoorEen frugivoor of fructivoor is een dier dat voornamelijk vruchten eet. Frugivoren komen veelvuldig voor in gematigde streken, maar aangezien de mee...
Te
TerrestrischeCu
Cursoriale dierenPr
Precociale dierenZo
ZoochoryNo
NomadischTe
TerritoriaalEen territorium of revier is bij dieren een tegen soortgenoten verdedigd leefgebied, hetzij door een individu, hetzij door een sociale groep. Het i...
Le
LevendbarendViviparie of vivipariteit betekent letterlijk levendbarendheid: het verschijnsel dat de juvenielen van een levend wezen direct uit het moederorgani...
Gr
Grazende dierenGrazen is het eten van plantaardig voedsel door dieren. Grazen is een vorm van foerageren.Het bekendste voorbeeld van grazen is dat van zoogdieren ...
Sp
Springende dierenMo
Monogame dierenMonogamie is het aangaan van een relatie met één partner.Wanneer iemand meerdere malen achtereenvolgens één partner tegelijkertijd heeft, wordt...
So
Sociale dierenGe
Geen migrantP
begint metRa
Rare dierenDe mara staat hoog op de poten en heeft grote, rechtopstaande oren en grote ogen. Hij heeft een korte, bruine vacht met een donkere, grijsachtige rugzijde. Op de romp wordt de vacht donkerder. Over de romp loopt een witte franje. Ook de buik is wit. De mara wordt 50 tot 75 centimeter lang met een 4,5 centimeter lang staartje en een lichaamsgewicht van acht à negen kilogram.
Deze soort bewoont de Patagonische pampa's en andere Argentijnse graslanden. Alhoewel de mara uiterlijk veel weg heeft van een haas of een kleine antilope, is hij nauwer verwant met de cavia. Zijn naaste verwant, de kleine mara (Dolichotis salinicola), is kleiner en leeft noordelijker.
Mara's leven in de droge, open struikwoestijnen en graslanden van Centraal- & Zuid-Argentinië. Het zijn dagdieren. Overdag grazen ze op korte grassen, kruiden en bladeren en twijgen van korte struiken of liggen de dieren te zonnebaden. 's Nachts betrekken ze een zelfgegraven hol of het verlaten hol van een viscacha. Mara's zijn goede renners en springers, en zullen bij gevaar snel wegrennen.
Vrouwtjes zijn meestal slechts enkele uren per jaar ontvankelijk. Na een draagtijd van 90 dagen worden één tot drie jongen geboren. De jongen worden geboren in een gemeenschappelijk hol, waar de worpen van één tot vijftien paartjes in kunnen zitten. Dit hol wordt gegraven door de vrouwtjes. Het worp wordt aan de rand van het hol gedaan, waarna de jongen zich dieper in het hol verstoppen. Alhoewel ze al binnen een dag kunnen en zullen grazen, blijven ze tot vier maanden lang in de buurt van het nest. Die tijd worden de jongen gezoogd. Eén à twee keer per dag bezoekt het paartje het nest om haar jongen te zogen. Met een fluitende roep roept ze de jongen. Ook jongen van andere worpen zullen proberen te zogen, maar het vrouwtje laat enkel haar eigen jongen toe. Soms weet echter ook een vreemd jong bij haar te zogen. Als één paartje hun jongen laat zogen, moet een tweede paartje wachten. Hierdoor is er meestal wel een paartje in de buurt van het nest, dat kan letten op aankomend gevaar.