De zwarte neushoornvogel (Anthracoceros malayanus) is een neushoornvogel die voorkomt in Zuidoost-Azië. De vogel werd in 1822 door Thomas Stamford Raffles geldig beschreven.
Een frugivoor of fructivoor is een dier dat voornamelijk vruchten eet. Frugivoren komen veelvuldig voor in gematigde streken, maar aangezien de mee...
Te
TerrestrischeOviparie is het verschijnsel dat dieren zich voortplanten door middel van het leggen van eieren. Anders dan bij vivipare (levendbarende) dieren ont...
Ge
Geen migrantB
begint metDe zwarte neushoornvogel is 75 cm lang; een middelgrote, overwegend zwarte neushoornvogel. De onderkant van de staart is zwart met een brede witte band en de middelste staartpennen zijn zwart. In vlucht heeft de vogel geheel zwarte vleugels. De zwarte neushoornvogel onderscheidt zich van de bonte neushoornvogel door de ongevlekte snavel, die bij het mannetje overwegend wit is en bij het vrouwtje vaak geheel donker; de buik en de vleugels zijn zwart.
De zwarte neushoornvogel komt voor in Thailand, het schiereiland Malakka, Sabah, Brunei, Sarawak, Kalimantan en Sumatra. Het leefgebied van de zwarte neushoornvogel is tropisch laaglandregenwoud en secundair bos op een hoogte onder de 200 m boven de zeespiegel. Het is een schaars voorkomende vogel die in Thailand reeds door aantasting van het leefgebied bedreigd wordt met uitsterven. Op Borneo daarentegen wordt de zwarte neushoornvogel juist vaker dan de bonte neushoornvogel aangetroffen in heuvellandbos in het binnenland waar hij in geschikt habitat algemeen is.
De populaties van de zwarte neushoornvogel hebben te lijden door houtkap, de omzetting van oerwoud in landbouw- en woongebied (oliepalmplantages, tuinen, huizen) en de versnippering van het leefgebied door de toenemende bevolkingsdruk. Daarom staat deze vogel als kwetsbaar op de internationale rode lijst.