De laplanduil (Strix nebulosa) is een imposante uilensoort uit de familie van de echte uilen (Strigidae). Deze uil komt voor in de naaldwouden en gemengde bossen van het noordelijk halfrond. Hoewel de uil vernoemd is naar Lapland, heeft hij zich naast Scandinavië over alle noordelijke delen van de aarde verspreid. Volwassen laplanduilen zijn te herkennen aan hun grote ronde kop met het grijze gezicht (sluier), en de doordringende, gele ogen die omgeven zijn door donkere kringen.
De laplanduil staat bekend om zijn vaardigheid kleine knaagdieren te lokaliseren, zelfs onder een diepe laag sneeuw. Ze vertonen een gevaarlijke agressie naar mensen die te dicht bij het nest komen. Afgezien daarvan is het een soort die bijzonder moeilijk te vinden is. In jaren van voedselschaarste kan de laplanduil ondanks zijn formaat zeer verborgen leven.
Laplanduilen zijn halfnomadisch, met een onregelmatige partnergetrouwheid. Ze bouwen hun nest voornamelijk in gebieden met een groot voedselaanbod. De laplanduil verdedigt zijn broedgebied, maar het foerageergebieden kan gedeeltelijk overlappen met dat van soortgenoten.
Na
NachtelijkCr
CrepusculairVl
Vleesetende dierenBo
BoombewonendeHi
Hinderlaag roofdierGl
Glijdende dierenAl
Altrische dierenTe
TerrestrischeNo
NomadischEi
EierleggendTe
TerritoriaalMo
Monogame dierenOv
Over het algemeen solitaire dierenGe
Geen migrantG
begint metCa
Canada Provincie vogelsZijn formaat is echter bedrieglijk; hoewel de laplanduil bijna even groot is als de oehoe, weegt hij maar de helft. Zo wordt de laplanduil 59 tot 85 cm lang. Zijn omvang bestaat vooral uit veren, die hem beschermen tegen de noordelijke kou.
De buik is licht met donkere strepen; de bovenste delen zijn grijs met bleke strepen. Deze uil heeft geen oorpluimen en heeft de grootste gezichtssluier van alle roofvogels. Onder de snavel bevindt zich een witte kraag of "vlinderdas". De lange staart loopt taps toe naar een afgerond uiteinde.
Deze soort komt voor in de noordelijke naaldwouden van Europa, Noord-Amerika en Azië en telt twee ondersoorten.
De laplanduil jaagt op vogels en kleine zoogdieren als muizen. Zijn specialiteit is zijn fenomenale gehoor. Met zijn markante, schijfvormige kop scant hij het besneeuwde landschap en is hij in staat de kleinste bewegingen onder de sneeuw waar te nemen.