Volgorde

Oorwormen

5 soorten

Oorwormen of huidvleugeligen (Dermaptera) zijn een orde van gevleugelde insecten.

Er zijn ongeveer 1800 soorten oorwormen beschreven; in vergelijking met andere insecten vormen de oorwormen een relatief kleine groep. In tegenstelling tot de meeste insecten zijn de oorwormen weinig gespecialiseerd. Alle oorwormen zien er ongeveer hetzelfde uit, alleen de kleuren en afmetingen kunnen enigszins verschillen.

Oorwormen zijn typische kruipende insecten. Hoewel ze in aanleg vier vleugels bezitten, vliegen ze zelden tot nooit. Oorwormen houden zich op in plantendelen zoals bloemen, achter loszittende boomschors en onder bladeren. Ze verkiezen een vochtige omgeving omdat ze gevoelig zijn voor uitdroging. De meeste soorten zijn alleseters die leven van plantendelen, dood materiaal en kleine diertjes. In Europa is de bekendste en meest algemene vertegenwoordiger de gewone oorworm (Forficula auricularia). Deze soort komt in België en Nederland algemeen voor, daarnaast komen er nog enkele minder algemene soorten oorwormen voor.

Op enkele uitzonderingen na hebben alle oorwormen twee karakteristieke tangachtige aanhangsels aan het achterlijf. Ze worden hierdoor wel als 'eng' beschouwd omdat ze met de aanhangsels zouden steken. De achterlijfsaanhangsels worden weliswaar bij verstoring omhoog gehouden maar hebben voornamelijk een afschrikkende functie. Een oorworm kan niet steken met de aanhangsels zoals angeldragende insecten dat doen. Een 'kneep' van een oorworm is bij de mens wel voelbaar maar zal geen verwondingen toebrengen.

Oorwormen hebben een wereldwijde verspreiding en komen voornamelijk voor in begroeide gebieden waar voldoende schuilplaatsen voorhanden zijn. Alleen in heel koude of erg droge streken zoals woestijnen komen geen oorwormen voor. De meeste soorten leven in warme en vochtige, tropische gebieden in Azië en Amerika. In het centrale en noordwestelijke deel van Europa komen slechts zeven soorten oorwormen voor. Sommige oorwormen hebben een zeer klein verspreidingsgebied doordat ze geografisch geïsoleerd zijn geraakt. Een voorbeeld is Labidura herculeana, die alleen gevonden is op het Atlantische eiland Sint-Helena.

De meeste oorwormen kunnen in het geheel niet vliegen, omdat ze geen functionele vleugels hebben en ook de sterk gevleugelde soorten vliegen slechts zelden. Oorwormen kunnen hierdoor in de regel geen grote afstanden afleggen zoals veel andere insecten als libellen en vlinders. Sommige oorwormen hebben zich desondanks verspreid over verschillende werelddelen wat te danken is aan het internationale goederentransport van planten en andere producten waarin zich oorwormen bevinden.

laat minder zien

Oorwormen of huidvleugeligen (Dermaptera) zijn een orde van gevleugelde insecten.

Er zijn ongeveer 1800 soorten oorwormen beschreven; in vergelijking met andere insecten vormen de oorwormen een relatief kleine groep. In tegenstelling tot de meeste insecten zijn de oorwormen weinig gespecialiseerd. Alle oorwormen zien er ongeveer hetzelfde uit, alleen de kleuren en afmetingen kunnen enigszins verschillen.

Oorwormen zijn typische kruipende insecten. Hoewel ze in aanleg vier vleugels bezitten, vliegen ze zelden tot nooit. Oorwormen houden zich op in plantendelen zoals bloemen, achter loszittende boomschors en onder bladeren. Ze verkiezen een vochtige omgeving omdat ze gevoelig zijn voor uitdroging. De meeste soorten zijn alleseters die leven van plantendelen, dood materiaal en kleine diertjes. In Europa is de bekendste en meest algemene vertegenwoordiger de gewone oorworm (Forficula auricularia). Deze soort komt in België en Nederland algemeen voor, daarnaast komen er nog enkele minder algemene soorten oorwormen voor.

Op enkele uitzonderingen na hebben alle oorwormen twee karakteristieke tangachtige aanhangsels aan het achterlijf. Ze worden hierdoor wel als 'eng' beschouwd omdat ze met de aanhangsels zouden steken. De achterlijfsaanhangsels worden weliswaar bij verstoring omhoog gehouden maar hebben voornamelijk een afschrikkende functie. Een oorworm kan niet steken met de aanhangsels zoals angeldragende insecten dat doen. Een 'kneep' van een oorworm is bij de mens wel voelbaar maar zal geen verwondingen toebrengen.

Oorwormen hebben een wereldwijde verspreiding en komen voornamelijk voor in begroeide gebieden waar voldoende schuilplaatsen voorhanden zijn. Alleen in heel koude of erg droge streken zoals woestijnen komen geen oorwormen voor. De meeste soorten leven in warme en vochtige, tropische gebieden in Azië en Amerika. In het centrale en noordwestelijke deel van Europa komen slechts zeven soorten oorwormen voor. Sommige oorwormen hebben een zeer klein verspreidingsgebied doordat ze geografisch geïsoleerd zijn geraakt. Een voorbeeld is Labidura herculeana, die alleen gevonden is op het Atlantische eiland Sint-Helena.

De meeste oorwormen kunnen in het geheel niet vliegen, omdat ze geen functionele vleugels hebben en ook de sterk gevleugelde soorten vliegen slechts zelden. Oorwormen kunnen hierdoor in de regel geen grote afstanden afleggen zoals veel andere insecten als libellen en vlinders. Sommige oorwormen hebben zich desondanks verspreid over verschillende werelddelen wat te danken is aan het internationale goederentransport van planten en andere producten waarin zich oorwormen bevinden.

laat minder zien