Land

Estland

727 soorten

Estland, officieel de Republiek Estland, is een land in Noordoost-Europa, dat in het westen wordt begrensd door de Oostzee, in het noorden door de Finse Golf, in het oosten door Rusland en in het zuiden door Letland.

Geografie

Estland heeft in totaal 561 kilometer aan landsgrenzen. De kustlijn meet 3794 km. Er zijn drie grote rivieren: de Emajõgi, de Pärnu en de Narva. Alleen de Emajõgi en de Narva worden bevaren.

Estland is een overwegend vlak land, waarvan de noordkust op veel plaatsen steil uit zee oprijst. Het vlakke land gaat in het zuidoosten over in heuvelland. Hier ligt dan ook het hoogste punt van Estland, Suur Munamägi (Grote Eierberg, 318 m), die vergelijkbaar is met het hoogste punt van Nederland. De oostgrens met Rusland wordt grotendeels gevormd door het Peipusmeer (3555 km²) en het Meer van Pskov, en noordelijker door de rivier de Narva. Alleen in het zuiden heeft Estland geen natuurlijke grens.

Westelijk en noordelijk van Estland liggen honderden eilanden, waarvan het overgrote deel onbewoond is en waarvan sommige door de Sovjet-Unie als militair terrein zijn gebruikt. De grootste eilanden zijn Saaremaa en het dichtbeboste Hiiumaa, beide met een herkenbaar eigen karakter. Deze beide eilanden vormen eigen provincies. Kleinere bewoonde eilanden zijn Muhu, Vormsi, Vilsandi, Abruka, Kihnu en Ruhnu.

Milieu

Estland is naar West-Europese maatstaven een schoon land met een hoge biodiversiteit. Vossen komen zeer algemeen voor. Het land heeft echter te maken met de nasleep van de Sovjetoverheersing. Zo was er bijvoorbeeld in de havenstad Paldiski een Russisch trainingscentrum voor kernonderzeeërs. In 1994 is de basis gesloten en de nucleaire installatie ontmanteld.

De energiesector is de grootste luchtvervuiler in Estland, en dan met name in de provincie Ida-Virumaa. Deze vervuiling hangt nauw samen met de aanwezigheid van schalie-olie in het gebied. Estland heeft een lage CO2-uitstoot als land, maar een hoge uitstoot per inwoner. Sinds het einde van de Russische overheersing is de hoeveelheid vervuiling afgenomen, vooral door de introductie van filters, waterzuiveringsinstallaties en de sluiting van oude industrie.

De toename van het aantal wegen heeft geleid tot een grotere fragmentatie van de aanwezige natuur. Ook neemt de ontbossing sinds 1992 sterk toe. De toegenomen welvaart en de daarmee samenhangende consumptie heeft tot een stijging van de hoeveelheid huishoudelijk afval geleid. Tussen 1993 en 1997 is deze zelfs met 40% toegenomen. Sinds 1997 is er echter sprake van een daling van 5%.

laat minder zien

Estland, officieel de Republiek Estland, is een land in Noordoost-Europa, dat in het westen wordt begrensd door de Oostzee, in het noorden door de Finse Golf, in het oosten door Rusland en in het zuiden door Letland.

Geografie

Estland heeft in totaal 561 kilometer aan landsgrenzen. De kustlijn meet 3794 km. Er zijn drie grote rivieren: de Emajõgi, de Pärnu en de Narva. Alleen de Emajõgi en de Narva worden bevaren.

Estland is een overwegend vlak land, waarvan de noordkust op veel plaatsen steil uit zee oprijst. Het vlakke land gaat in het zuidoosten over in heuvelland. Hier ligt dan ook het hoogste punt van Estland, Suur Munamägi (Grote Eierberg, 318 m), die vergelijkbaar is met het hoogste punt van Nederland. De oostgrens met Rusland wordt grotendeels gevormd door het Peipusmeer (3555 km²) en het Meer van Pskov, en noordelijker door de rivier de Narva. Alleen in het zuiden heeft Estland geen natuurlijke grens.

Westelijk en noordelijk van Estland liggen honderden eilanden, waarvan het overgrote deel onbewoond is en waarvan sommige door de Sovjet-Unie als militair terrein zijn gebruikt. De grootste eilanden zijn Saaremaa en het dichtbeboste Hiiumaa, beide met een herkenbaar eigen karakter. Deze beide eilanden vormen eigen provincies. Kleinere bewoonde eilanden zijn Muhu, Vormsi, Vilsandi, Abruka, Kihnu en Ruhnu.

Milieu

Estland is naar West-Europese maatstaven een schoon land met een hoge biodiversiteit. Vossen komen zeer algemeen voor. Het land heeft echter te maken met de nasleep van de Sovjetoverheersing. Zo was er bijvoorbeeld in de havenstad Paldiski een Russisch trainingscentrum voor kernonderzeeërs. In 1994 is de basis gesloten en de nucleaire installatie ontmanteld.

De energiesector is de grootste luchtvervuiler in Estland, en dan met name in de provincie Ida-Virumaa. Deze vervuiling hangt nauw samen met de aanwezigheid van schalie-olie in het gebied. Estland heeft een lage CO2-uitstoot als land, maar een hoge uitstoot per inwoner. Sinds het einde van de Russische overheersing is de hoeveelheid vervuiling afgenomen, vooral door de introductie van filters, waterzuiveringsinstallaties en de sluiting van oude industrie.

De toename van het aantal wegen heeft geleid tot een grotere fragmentatie van de aanwezige natuur. Ook neemt de ontbossing sinds 1992 sterk toe. De toegenomen welvaart en de daarmee samenhangende consumptie heeft tot een stijging van de hoeveelheid huishoudelijk afval geleid. Tussen 1993 en 1997 is deze zelfs met 40% toegenomen. Sinds 1997 is er echter sprake van een daling van 5%.

laat minder zien