De grote kortneusbuideldas (Isoodon macrourus) is een buideldas uit het geslacht der kortneusbuideldassen (Isoodon). De wetenschappelijke naam van de soort werd voor het eerst geldig gepubliceerd door John Gould in 1842.
Na
NachtelijkVl
Vleesetende dierenEen carnivoor of vleeseter is in de ecologie een willekeurig organisme dat uitsluitend dierlijk weefsel als voedsel gebruikt. Dit weefsel kan zowel...
In
InsectenetersEen insectivoor is een insectenetend dier of plant. Insectivoor is een term uit de ecologie. Insectivora is een verouderde term uit de systematiek ...
Een omnivoor of alleseter is een dier dat zowel plantaardig als dierlijk voedsel kan eten om te overleven.Een overwegend carnivoor dier dat ten min...
Cu
Cursoriale dierenTe
TerrestrischeViviparie of vivipariteit betekent letterlijk levendbarendheid: het verschijnsel dat de juvenielen van een levend wezen direct uit het moederorgani...
Een territorium of revier is bij dieren een tegen soortgenoten verdedigd leefgebied, hetzij door een individu, hetzij door een sociale groep. Het i...
Po
PolygynandriePo
Polygame dierenPolygamie is een huwelijksvorm waarbij één persoon tegelijkertijd gehuwd is met twee of meer personen.
So
Solitaire dierenN
begint metDe grote kortneusbuideldas is de grootste kortneusbuideldas. Dit dier heeft een harde vacht en een harige hiel. De bovenkant van het lichaam is bruin, de onderkant vuilwit, met een geleidelijke overgang via de gelige flanken. De staart is van boven bruin en van onderen geel. De oren zijn kort en rond. De kop-romplengte bedraagt 300 tot 470 mm, de staartlengte 80 tot 210 mm en het gewicht bij vrouwtjes 500 tot 1500 g en 500 tot 3000 g bij mannetjes.
De soort komt voor in Noord-Australië van de Kimberley (West-Australië) tot de rivier Hawkesbury in Nieuw-Zuid-Wales, en in de laaglanden (tot 1200 m) van zuidelijk en zuidoostelijk Nieuw-Guinea. In Australië komt de soort voor in bos, open bos, grasland en tuinen, op Nieuw-Guinea in open bos en grasland.
Deze agressieve, solitaire soort is 's nachts actief, leeft op de grond, vormt territoria en eet onder andere geleedpotigen, fruit en zaden, die hij uit de bodem opgraaft. Net als andere buideldassen bouwt hij een nest van plantaardig materiaal in dichte vegetatie. Vrouwtjes kunnen elke tien weken een nest van tot vier jongen krijgen, die meestal in alle maanden kunnen worden geboren.