Witschouderzijdeaapje
Koninkrijk
Fylum
Onderstam
Klasse
Volgorde
Familie
SOORTEN
Mico humeralifer

Het witschouderzijdeaapje (Mico humeralifer) is een soort van het geslacht Amazone-oeistiti's (Mico). Zowel de volwassen mannetjes als de vrouwtjes wegen 280-310 g, zijn gelijk gebouwd en gekleurd en ze leven in kleine, gemengde groepen. In het verspreidingsgebied is het de enige aap met oorpluimpjes en klauwtjes. Het witschouderzijdeaapje heeft een zwartachtige vacht op de romp met grijsachtige of witachtige vlekken, een kwastachtige, horizontaal uitstaande, grijze mantel, wittige tot grijzige oorpluimpjes die ingeplant staan op beide oppervlakken van de oorschelpen, en een staart met brede zwarte en smalle zilverachtige ringen. Het onbehaarde gezicht is donker gepigmenteerd, behalve rond de neusgaten en ogen. De dieren leven op een dieet van insecten, fruit en plantensappen zoals nectar en gom. De soort komt voor in een klein stukje van het Amazonebekken in Brazilië. De kennis over de populatieomvang is beperkt omdat de soort voorkomt in een afgelegen gebied. De huidige beschermingsstatus is kwetsbaar.

Uiterlijk

Het gezicht van het witschouderzijdeaapje is donker gepigmenteerd behalve rond de neusgaten en de ogen. De beharing is dunner rond en tussen de ogen en juist dichter aan de zijkanten van het gezicht, op het voorhoofd en rond de mond. De vacht op het voorhoofd is grijsachtig. Oorpluimpjes zijn aanwezig en worden gevormd door beige tot grijsachtige haren die zowel staan ingeplant op de binnen- als op de buitenkant van de oorschelp. Jonge dieren hebben meestal een kenmerkende zwarte lengtestreep over de kop en hoewel het oor dicht behaard is, groeien de oorpluimpjes pas later uit. De keel is dun behaard. De vacht op de schouders vormt een mantel die met z'n licht grijsachtige bont opvallend afwijkt van de omringende vacht. De rug is bedekt door een zwartachtige vacht met onregelmatige grijs- of witachtige vlekken. De heupen zijn witachtig maar de dijen hebben dezelfde kleur als de rug. De borst geelbruin. De bovenkant van de voorpoten is licht grijsachtig bovenaan maar naar onder steeds donkerder en de rug van de handen is zwart. De achterkant van de achterpoten is zwartachtig zoals de hoofdkleur van de rug, de bovenkant van de voeten zwart. De vacht van de staart is dezelfde kleur als de rug met smalle grijsachtige gekleurde ringen. Het dier is niet in staat zichzelf met de staart vast te houden. Net als alle andere klauwaapjes heeft het witschouderzijdeaapje geen opponeerbare duimen en grote tenen, maar klauwtjes op alle andere vingers en tenen. De neus is iets opgewipt en er zijn geen neusvleugels. De mannelijke en vrouwelijke geslachtsorganen zijn groter en complexer bij Amazone-oeistiti's (inclusief M. humeralifer) dan bij Atlantische oeistiti's. De geslachten zijn overigens gelijk. Het witschouderzijdeaapje heeft 22 paar homologe chromosomen (2n=44). Overal binnen het verspreidingsgebied is het de kleinste apensoort.

Laat meer zien

Het witschouderzijdeaapje heeft de tandformule 2.1.3.22.1.3.2 × 2 = 32, dat wil zeggen twee snijtanden, een hoektand, drie valse kiezen en twee ware kiezen in elke helft van de bovenkaak, en diezelfde elementen in de onderkaak, hetzelfde als de meeste andere klauwaapjes. De onderste hoektanden en snijtanden zijn van vergelijkbare hoogte, de bovenste kiezen zijn kegelvormig en van boven gezien is het voorste deel van de onderkaak is V-vormig. Het gebit van klauwaapjes is aangepast aan het openbijten van de bast van bomen, waardoor ze gom kunnen laten ontstaan wat een belangrijk deel van hun dieet uitmaakt. De hoektanden staan wat naar achteren, en het draaipunt van de onderkaak staat in hetzelfde vlak als het snijvlak van de tanden. Dat zijn allemaal morfologische aanpassing aan het gutsen van de bast van bomen. De ruimte tussen de snijtanden en de hoektanden, ook zo'n aanpassing, is echter niet zo groot als bij de soorten van het geslacht Callithrix Atlantische oeistiti's. Het benige gehemelte eindigt aan de achterrand van de tweede ware kiezen. De wervelkolom bestaat gemiddeld uit 7 nekwervels, 12 borstwervels, 7 lendenwervels, 2 heiligbeenwervels en 30 staartwervels, 58 in totaal, maar het aantal heiligbeen en staartwervels varieert.

Laat minder zien

Verdeling

Geografie

Continenten
Landen
Biogeografische gebieden
Witschouderzijdeaapje leefomgevingskaart
Witschouderzijdeaapje leefomgevingskaart
Witschouderzijdeaapje
Attribution-ShareAlike License

Gewoonten en leefwijze

Alle vingers en tenen behalve de duim en grote teen hebben klauwtjes (sterk gebogen nagels), wat waarschijnlijk helpt bij het klimmen tegen verticale stammen en takken die de diertjes niet kunnen omvatten, maar waar ze wonden in knagen en de resulterende gom opeten. Verder lopen de dieren op handen en voeten over horizontale takken en springen ze van tak tot tak. Het witschouderzijdeaapje leeft in groepen van 5 tot 10 individuen. Informatie over de sociale structuur bij deze soort is onbekend, maar bij andere soorten Amazone-oeistiti's bestaan de groepen meestal uit slechts één dominant vrouwtje dat zich voortplant met een of meer mannetjes, er soms meer vrouwtjes zijn. Oeistiti's hebben een hoge, lange roep (5 tot 10 kHz) die in verschillende situaties kunnen worden gebruikt, als waarschuwingsroep, als contactroep of als lokroep voor partners. Bij in gevangenschap levende dieren is een keer een krekelachtig geluiden gehoord dat wordt gemaakt met open mond en een snel trillende tong. Hetzelfde dier maakte ook een zachter geluid met gesloten mond en de tong trillend tussen de lippen. In het wild zijn tjilpende geluiden en ook lange roep gehoord. De lange roepen hebben een geleidelijk dalende frequentie, of eerst dalend dan gelijkblijvend om vervolgens weer te stijgen. Vermoedelijk eten Amazone-oeistiti's op de eerste plaats planten en insecten. Gom is vooral belangrijk voedsel als er weinig fruit beschikbaar, maar het wordt ook gegeten als er veel fruit is, maar in mindere mate. Het dominante vrouwtje paart met een of meer mannetjes. De draagtijd is niet bekend. Ondanks dat ze een ongedeelde baarmoeder en slechts een enkel paar tepels hebben, baren alle klauwaapjes (behalve de springtamarin) normaal gesproken een twee-eiige tweeling. Klauwaapjes krijgen normaal gesproken 2 maal per jaar jongen.

Leefwijze

Referenties

1. Witschouderzijdeaapje artikel op Wikipedia - https://nl.wikipedia.org/wiki/Witschouderzijdeaapje
2. Witschouderzijdeaapje op de IUCN Rode Lijst-site - https://www.iucnredlist.org/species/41521/17934714

Meer fascinerende dieren om over te leren