De Kameroendolfijn (Sousa teuszii) is een soort dolfijn die leeft aan de kusten van West-Afrika.
Kameroendolfijnen hebben een donkergrijze rug die geleidelijk overgaat in een lichtere buik. Ze hebben een lange, smalle snuit. Typisch is de bult op hun rug met daarop hun rugvin. Jonge dieren zijn donkerder en hebben geen bult. Vergeleken met hun nauwste verwant, de Chinese witte dolfijn (Sousa chinensis), hebben Kameroendolfijnen minder tanden. Boven- en onderkaak bevatten beide 27 tot 38 paar stompe tanden.
Mannetjes worden tussen 2 en 2,4 meter lang, vrouwtjes worden zo'n 2,3 meter lang. Pasgeboren kalveren zijn circa 0,9 meter lang.
De Kameroendolfijn komt alleen voor in het ondiepe kustwater van het oostelijke, tropische en subtropische deel van de Atlantische Oceaan aan West-Afrika. Daar is hij aan te treffen van Marokko tot Angola. Hij geeft de voorkeur aan troebel water van minder dan 20 meter diep, tussen 17° en 28°C warm en met zachte bodems. Hij wordt er vaak aangetroffen in mangrovemoerassen en riviermondingen, soms zelfs verderop in rivieren waar de getijden nog spelen. Ze leven er van harder en andere vissen die in scholen leven.
Kameroendolfijnen leven samen in kleine groepjes van meestal maximaal 7 exemplaren; ze zijn zelden met meer dan 25 te zien. Ze jagen elkaar soms tegen hoge snelheden achterna, wat mogelijk een vorm van hofmakerij is. Om vissen bijeen te drijven werken ze soms samen met tuimelaars (Tursiops truncatus).