De bedwants (Cimex lectularius), vroeger beter bekend als wandluis, is een parasitair insect dat behoort tot de onderorde wantsen (Heteroptera). De soort werd voor het eerst wetenschappelijk beschreven door Carl Linnaeus in 1758.
De bijnaam wandluis is misleidend, want het dier is geen luis. Het insect moet niet verward worden met de kleerluis, die een enigszins vergelijkbare parasitaire leefwijze heeft.
De huidaandoening die deze wants veroorzaakt wordt in medische termen cimicosis genoemd.
Da
DagdierenKo
KosmopolietKosmopolitische verspreiding is dat een soort, geslacht of familie bijna overal ter wereld voorkomt. Kosmopolieten zijn taxa die verspreid zijn ove...
Te
TerrestrischeEi
EierleggendOviparie is het verschijnsel dat dieren zich voortplanten door middel van het leggen van eieren. Anders dan bij vivipare (levendbarende) dieren ont...
C
begint metDe bedwants is een klein insect en wordt 5 tot 6 mm lang. De kleur is roodbruin tot bruin; net vervelde exemplaren zijn lichter, maar kleuren bij. Het lichaam is breed en sterk afgeplat. Net als vlooien, waar bedwantsen overigens niet aan verwant zijn, stammen zij af van soorten met vleugels, die ze in de loop der tijd weer grotendeels verloren hebben. De restanten zijn zichtbaar als twee kleine 'flapjes' achter het halsschild. Op het achterlijf zijn verticale rijen haren aanwezig, waardoor de wants gestreept lijkt.
Aangenomen werd dat bedwantsen in de westerse wereld, onder andere als gevolg van het gebruik van DDT, uitgeroeid waren. De laatste jaren lijkt het insect echter bezig aan een terugkeer. Vanaf het begin van de jaren 2000 was dat onder andere het geval in New York. In Europa was de soort zeldzaam, maar de aantallen stijgen. In september 2023 ontstond massahysterie over een vermeende acute invasie van de bedwants in Parijs, deels gebaseerd op nepnieuws. Ook in Nederland en België rukt de bedwants op. Vanaf 2007 is geconstateerd dat in hotels in Amsterdam en Brussel de bedwants weer met enige regelmaat voorkomt.
De bedwants leeft van bloed van onder andere de mens en dankt de naam aan de plek in huis waar zich doorgaans de meeste bedwantsen bevinden, namelijk in en rond het bed. De bedwants prikt door de huid met zijn steeksnuit; deze bestaat uit een buisje dat bloed zuigt en een tweede dat verdovende en antistollende stoffen injecteert. Hierdoor voelt men de beet niet en stolt het bloed minder snel, wat de stroom op gang houdt tot de wants genoeg heeft.
De wants is, zodra hij volwassen is, een goede overlever die maanden zonder voedsel kan. Door het afgeplatte lichaam kunnen de smalste spleten worden betreden, zoals de vele plooien in het beddengoed. Uitgeademde CO2 en lichaamswarmte trekken deze dieren aan. De bedwants kan in principe overal prikken, maar de benen lijken favoriet. De steekwondjes hebben veel weg van muggenbulten - kleine, rode bultjes. Soms zijn rijen bultjes aanwezig; deze zijn veroorzaakt door een bedwants die gestoord werd tijdens het voeden en meerdere malen kort na elkaar geprikt heeft. De wondjes genezen over het algemeen snel; soms komen huidinfecties voor of worden de bultjes opengekrabd waardoor littekens ontstaan. De rode vlekjes zijn pas na enkele weken volledig verdwenen. In tegenstelling tot andere bloedzuigende insecten zoals sommige muggen en vlooien, kan de bedwants geen ziektes overbrengen.
Bij de bevruchting van de bedwants vindt een traumatische inseminatie plaats; het mannetje maakt geen gebruik van een vrouwelijk geslachtsorgaan, maar maakt een gat in het vrouwtje om de geslachtscellen af te geven. De wijfjes leggen enkele tot ongeveer 10 eitjes per dag en in totaal ongeveer 200 gedurende hun leven. Uit een ei komt na ongeveer twee weken de nimf tevoorschijn, die uiterlijk al op de ouders lijkt. De nimf (onderaan afgebeeld) ondergaat een aantal vervellingen en is na zes weken volwassen.