Land

Nieuw-Zeeland

1071 soorten

Nieuw-Zeeland is een land in het zuidwesten van de Grote Oceaan.

Geografie

De belangrijkste landmassa's van Nieuw-Zeeland zijn het Noordereiland en het Zuidereiland, die door de Straat Cook van elkaar gescheiden worden. De kortste afstand tussen de twee eilanden bedraagt 24 kilometer. Het Zuidereiland is daarvan het grootst en wordt van noord naar zuid doorlopen door de Nieuw-Zeelandse Alpen. In dit gebergte bevinden zich 17 pieken die boven de 3000 m uitsteken. De hoogste top in deze bergketen is Aoraki/ Mount Cook (3724 m). Het minder bergachtige Noordereiland kent vulkanisme. Vanaf ongeveer het midden van het eiland loopt een vulkanisch actieve zone naar het noordoosten. De hoogste top op het Noordereiland is Mount Ruapehu; een actieve vulkaan met een hoogte van 2797 m.

Naar oppervlakte gerangschikt is Stewarteiland het derde eiland van Nieuw-Zeeland. Het ligt 30 km ten zuiden van het Zuidereiland en wordt daarvan gescheiden door de Straat Foveaux. De hoogste bergtop van Stewarteiland is Mount Anglem (980 m). Naar bevolking gerangschikt is Waiheke-eiland het derde eiland, dat 18 km voor de kust van Auckland in de Golf van Hauraki ligt. Verder bestaat Nieuw-Zeeland uit een groot aantal kleine eilanden, waaronder de Antipodeneilanden, waarvan een deel onbewoond is.

Nieuw-Zeeland is het meest geïsoleerd gelegen land ter wereld. Het dichtstbijzijnde buurland is Australië, dat circa 2000 km ten noordwesten ligt en waarvan Nieuw-Zeeland wordt gescheiden door de Tasmanzee. Ten noorden liggen Nieuw-Caledonië, Fiji en Tonga. De enige grote landmassa in het zuiden is Antarctica. In NNO-ZZW richting meet Nieuw-Zeeland ruim 1600 km.

Nieuw-Zeeland heeft qua vormgeving een verrassende overeenkomst met Italië. Beide landen zijn ongeveer even groot en ze liggen ook ongeveer op dezelfde geografische breedte. Zelfs de 'spoor', het schiereilandje aan de rugzijde van de 'laars' (Christchurch, respectievelijk Gargano) is aanwezig.

Klimaat

Over het algemeen kent Nieuw-Zeeland een gematigd zeeklimaat. Het noorden, dat dichter bij de evenaar ligt, is iets warmer dan het zuiden, maar de grootste klimatologische verschillen zijn te vinden tussen de west- en oostkust van het Zuidereiland. De veelal uit het westen waaiende wind zorgt voor uitzonderlijk veel neerslag in het zuidwesten, waar jaarlijks zo'n 8000 mm regen valt. Ten oosten van de Nieuw-Zeelandse Alpen is het veel droger. De zonnigste regio's zijn Nelson en Marlborough in het noorden van het Zuidereiland, waar veel wijngaarden zijn te vinden. Hier valt op jaarbasis gemiddeld 650 mm neerslag. In de Nieuw-Zeelandse Alpen valt tijdens de winter de neerslag veelal als sneeuw en hier zijn dan ook meerdere skigebieden te vinden. Northland en Bay of Plenty in het noorden van het Noordereiland kennen een subtropisch klimaat en hier bevinden zich veel kiwiplantages.

Flora en fauna

De Department of Conservation (DOC) is de Nieuw-Zeelandse overheidsorganisatie die zich bezighoudt met natuurbescherming en behoud van natuurlijk erfgoed. Het New Zealand Plant Conservation Network (NCPZN) is een niet-gouvernementele organisatie die zich in Nieuw-Zeeland bezighoudt met de bescherming en het herstel van de oorspronkelijke flora en hun natuurlijke habitats.

Sinds Nieuw-Zeeland zich 80 miljoen jaar geleden van Gondwanaland afscheidde, heeft zich een volledig van de rest van de wereld geïsoleerde natuur ontwikkeld. Een deel van het oppervlak is bedekt met regenwoud dat tegenwoordig voor een groot deel tot nationale parken is verklaard. Veel dieren leven in deze gebieden. Er komen vele tientallen varensoorten voor. Tetrapathea tetrandra is een plant die van nature in Nieuw-Zeeland voorkomt. De pohutukawa (Metrosideros excelsa) is een plant, die ook van nature aanwezig is in Nieuw-Zeeland en veel als sierstruik wordt aangeplant. Clianthus puniceus is een plant die in het wild met uitsterven bedreigd wordt, maar in België en Nederland bij tuincentra te koop is. In het verleden was een groot deel van het Noordereiland begroeid met kauri-bossen. Tegenwoordig zijn deze grotendeels verdwenen door houtkap. De kauri-boom kan tientallen meters hoog en duizenden jaren oud worden.

Er zijn maar twee van oorsprong inheemse landzoogdieren, beide vleermuizen, en weinig amfibieën en reptielen, die vaak levendbarend zijn. Wel is onder deze reptielen de tuatara of brughagedis, die geen verdere levende nauwe verwanten heeft, en dus binnen de reptielen een unieke plaats inneemt. Ook de vier soorten Nieuw-Zeelandse oerkikkers (Leiopelmatidae) worden wel beschouwd als levend fossiel. Omdat er zo weinig viervoeters zijn, werden en worden er in Nieuw-Zeeland veel ecologische rollen door vogels en grote insecten ingenomen. Een voorbeeld van dergelijke insecten zijn de weta's, dit zijn grote krekels die eenzelfde ecologische rol hebben als de muis. Zo waren tot in historische tijden de grote moa's belangrijke herbivoren; de aan hen verwante kiwi's zijn nog steeds actief, evenals de niet-vliegende takahe. Verder zijn er fossielen gevonden van grote roofvogels. Nieuw-Zeeland heeft drie inheemse papegaaien: de kaka, de kakapo en de kea. Aan de zuidkust van het Zuidereiland en op enkele zuidelijker gelegen eilanden komt de zeldzame geeloogpinguïn voor.

laat minder zien

Nieuw-Zeeland is een land in het zuidwesten van de Grote Oceaan.

Geografie

De belangrijkste landmassa's van Nieuw-Zeeland zijn het Noordereiland en het Zuidereiland, die door de Straat Cook van elkaar gescheiden worden. De kortste afstand tussen de twee eilanden bedraagt 24 kilometer. Het Zuidereiland is daarvan het grootst en wordt van noord naar zuid doorlopen door de Nieuw-Zeelandse Alpen. In dit gebergte bevinden zich 17 pieken die boven de 3000 m uitsteken. De hoogste top in deze bergketen is Aoraki/ Mount Cook (3724 m). Het minder bergachtige Noordereiland kent vulkanisme. Vanaf ongeveer het midden van het eiland loopt een vulkanisch actieve zone naar het noordoosten. De hoogste top op het Noordereiland is Mount Ruapehu; een actieve vulkaan met een hoogte van 2797 m.

Naar oppervlakte gerangschikt is Stewarteiland het derde eiland van Nieuw-Zeeland. Het ligt 30 km ten zuiden van het Zuidereiland en wordt daarvan gescheiden door de Straat Foveaux. De hoogste bergtop van Stewarteiland is Mount Anglem (980 m). Naar bevolking gerangschikt is Waiheke-eiland het derde eiland, dat 18 km voor de kust van Auckland in de Golf van Hauraki ligt. Verder bestaat Nieuw-Zeeland uit een groot aantal kleine eilanden, waaronder de Antipodeneilanden, waarvan een deel onbewoond is.

Nieuw-Zeeland is het meest geïsoleerd gelegen land ter wereld. Het dichtstbijzijnde buurland is Australië, dat circa 2000 km ten noordwesten ligt en waarvan Nieuw-Zeeland wordt gescheiden door de Tasmanzee. Ten noorden liggen Nieuw-Caledonië, Fiji en Tonga. De enige grote landmassa in het zuiden is Antarctica. In NNO-ZZW richting meet Nieuw-Zeeland ruim 1600 km.

Nieuw-Zeeland heeft qua vormgeving een verrassende overeenkomst met Italië. Beide landen zijn ongeveer even groot en ze liggen ook ongeveer op dezelfde geografische breedte. Zelfs de 'spoor', het schiereilandje aan de rugzijde van de 'laars' (Christchurch, respectievelijk Gargano) is aanwezig.

Klimaat

Over het algemeen kent Nieuw-Zeeland een gematigd zeeklimaat. Het noorden, dat dichter bij de evenaar ligt, is iets warmer dan het zuiden, maar de grootste klimatologische verschillen zijn te vinden tussen de west- en oostkust van het Zuidereiland. De veelal uit het westen waaiende wind zorgt voor uitzonderlijk veel neerslag in het zuidwesten, waar jaarlijks zo'n 8000 mm regen valt. Ten oosten van de Nieuw-Zeelandse Alpen is het veel droger. De zonnigste regio's zijn Nelson en Marlborough in het noorden van het Zuidereiland, waar veel wijngaarden zijn te vinden. Hier valt op jaarbasis gemiddeld 650 mm neerslag. In de Nieuw-Zeelandse Alpen valt tijdens de winter de neerslag veelal als sneeuw en hier zijn dan ook meerdere skigebieden te vinden. Northland en Bay of Plenty in het noorden van het Noordereiland kennen een subtropisch klimaat en hier bevinden zich veel kiwiplantages.

Flora en fauna

De Department of Conservation (DOC) is de Nieuw-Zeelandse overheidsorganisatie die zich bezighoudt met natuurbescherming en behoud van natuurlijk erfgoed. Het New Zealand Plant Conservation Network (NCPZN) is een niet-gouvernementele organisatie die zich in Nieuw-Zeeland bezighoudt met de bescherming en het herstel van de oorspronkelijke flora en hun natuurlijke habitats.

Sinds Nieuw-Zeeland zich 80 miljoen jaar geleden van Gondwanaland afscheidde, heeft zich een volledig van de rest van de wereld geïsoleerde natuur ontwikkeld. Een deel van het oppervlak is bedekt met regenwoud dat tegenwoordig voor een groot deel tot nationale parken is verklaard. Veel dieren leven in deze gebieden. Er komen vele tientallen varensoorten voor. Tetrapathea tetrandra is een plant die van nature in Nieuw-Zeeland voorkomt. De pohutukawa (Metrosideros excelsa) is een plant, die ook van nature aanwezig is in Nieuw-Zeeland en veel als sierstruik wordt aangeplant. Clianthus puniceus is een plant die in het wild met uitsterven bedreigd wordt, maar in België en Nederland bij tuincentra te koop is. In het verleden was een groot deel van het Noordereiland begroeid met kauri-bossen. Tegenwoordig zijn deze grotendeels verdwenen door houtkap. De kauri-boom kan tientallen meters hoog en duizenden jaren oud worden.

Er zijn maar twee van oorsprong inheemse landzoogdieren, beide vleermuizen, en weinig amfibieën en reptielen, die vaak levendbarend zijn. Wel is onder deze reptielen de tuatara of brughagedis, die geen verdere levende nauwe verwanten heeft, en dus binnen de reptielen een unieke plaats inneemt. Ook de vier soorten Nieuw-Zeelandse oerkikkers (Leiopelmatidae) worden wel beschouwd als levend fossiel. Omdat er zo weinig viervoeters zijn, werden en worden er in Nieuw-Zeeland veel ecologische rollen door vogels en grote insecten ingenomen. Een voorbeeld van dergelijke insecten zijn de weta's, dit zijn grote krekels die eenzelfde ecologische rol hebben als de muis. Zo waren tot in historische tijden de grote moa's belangrijke herbivoren; de aan hen verwante kiwi's zijn nog steeds actief, evenals de niet-vliegende takahe. Verder zijn er fossielen gevonden van grote roofvogels. Nieuw-Zeeland heeft drie inheemse papegaaien: de kaka, de kakapo en de kea. Aan de zuidkust van het Zuidereiland en op enkele zuidelijker gelegen eilanden komt de zeldzame geeloogpinguïn voor.

laat minder zien