De baardvleermuis (Myotis mystacinus) is een vleermuis van de familie der gladneuzen (Vespertilionidae).
De baardvleermuis is de kleinste Europese soort uit het geslacht Myotis. Het dier lijkt erg veel op de Brandts vleermuis en is daarvan alleen door de kenner te onderscheiden. De baardvleermuis wordt ook wel de gewone baardvleermuis of kleine baardvleermuis genoemd. De Brandts vleermuis wordt ook wel de "grote baardvleermuis" genoemd. De dieren werden voor een lange tijd beschouwd als één soort.
Volwassen exemplaren worden tussen de vier en acht gram zwaar en hebben een spanwijdte van maximaal 190 tot 250 millimeter. Ze worden 3,5 tot 5 centimeter groot en de lengte van de onderarm kan variëren van 32 tot 36 millimeter. De dieren zijn donker van kleur, meestal donkerbruin tot bruingrijs, een enkele keer tot lichtbruin. De snuit, oren en vleugels zijn zwartbruin.
Het geluid dat ze maken heeft een frequentie van 30 à 75 kilohertz, waardoor het buiten het menselijk gehoorbereik ligt en slechts met zogenaamde vleermuisdetectoren waar te nemen is. Ook dan is het vrijwel niet te onderscheiden van de grote baardvleermuis. De vlucht van de kleine baardvleermuis is enigszins fladderend en betrekkelijk langzaam.
de paartijd loopt van de herfst tot de lente, en gaat in de overwinteringstijd door. In mei gaan de vrouwtjes de kraamkolonies in. In juni worden de jongen geboren. Een vrouwtje krijgt één jong per jaar, maar een tweeling komt ook voor. Het jong is bij de geboorte 2 gram zwaar. Na zes weken kan het jong zelf vliegen en wordt het gespeend. Na 15 maanden zijn de vrouwtjes geslachtsrijp, een enkele al na drie maanden. Eind augustus verlaten de vrouwtjes de kraamkoloniën. De baardvleermuis wordt maximaal 23 jaar oud, maar gemiddeld worden ze maar een jaar of vier.