De tjiftjaf (Phylloscopus collybita; zang (info / uitleg)) is een kleine, slanke zangvogel uit de familie Phylloscopidae en een zeer algemene broedvogel in België en Nederland.
Da
DagdierenVl
Vleesetende dierenEen carnivoor of vleeseter is in de ecologie een willekeurig organisme dat uitsluitend dierlijk weefsel als voedsel gebruikt. Dit weefsel kan zowel...
In
InsectenetersEen insectivoor is een insectenetend dier of plant. Insectivoor is een term uit de ecologie. Insectivora is een verouderde term uit de systematiek ...
Te
TerrestrischeBo
BoombewonendeAl
Altrische dierenEi
EierleggendOviparie is het verschijnsel dat dieren zich voortplanten door middel van het leggen van eieren. Anders dan bij vivipare (levendbarende) dieren ont...
Te
TerritoriaalEen territorium of revier is bij dieren een tegen soortgenoten verdedigd leefgebied, hetzij door een individu, hetzij door een sociale groep. Het i...
Co
CongregatoirMo
Monogame dierenMonogamie is het aangaan van een relatie met één partner.Wanneer iemand meerdere malen achtereenvolgens één partner tegelijkertijd heeft, wordt...
Ov
Over het algemeen solitaire dierenMi
MigrerendC
begint metDe naam ontlenen de vogels aan hun zang (onomatopee), die klinkt als tjif-tjaf. De fitis en de tjiftjaf zijn tweelingsoorten en beide insecteneters met een dunne fijne snavel. Ze zijn zeer beweeglijk en vertonen onrustig gedrag. De tjiftjaf lijkt qua uiterlijk erg op de fitis, maar meestal hebben tjiftjaffen donkere poten, terwijl fitissen over het algemeen lichte poten hebben. Fitis en tjiftjaf zijn eenvoudig te onderscheiden door hun onderling verschillende zang. Het verenkleed is olijfgroen tot bruin en bestaat uit een vuilwitte tot geelwitte onderzijde en zwartbruine poten. De tjiftjaf is net als de fitis zo'n 11 cm groot.
De tjiftjaf komt in heel Europa voor, met uitzondering van Noord-Schotland, Zuid-Zweden en IJsland. Verder komt de tjiftjaf voor in Noord-Azië tot ongeveer 70° NB en er zijn geïsoleerde populaties in Noordwest Afrika en Noord- en West-Turkije en het noordwesten van Iran.
Het is een trekvogel. De vogels die in Midden- en Noord-Europa broeden, overwinteren in Zuid-Europa en de noordelijke helft van Afrika. De Noord-Aziatische vogels overwinteren in tropisch Azië. Het kaartje geeft weer dat er gebieden zijn waarin 's winters ook tjiftaffen blijven. In zachte winters zijn er ook in België en Nederland overwinterende vogels.
In de Lage Landen is de tjiftaf een veel voorkomende soort van grote tuinen, parken en bossen. Het aantal broedvogels in Nederland wordt geschat op een half miljoen paar. Er zijn jaar op jaar schommelingen, maar geen opvallende trends in het aantal broedvogels.
Het voedsel bestaat uit insecten, rupsen, muggen, larven en eieren.
Het nest is kogelvormig en vanbinnen bekleed met veren. Het bevindt zich tussen de grondvegetatie, maar iets hoger dan bij de fitis. Het legsel bestaat meestal uit vijf tot zeven witte eieren met bruine of roodbruine vlekjes.
De tjiftjaf heeft een enorm groot verspreidingsgebied en daardoor alleen al is de kans op de status kwetsbaar (voor uitsterven) uiterst gering. De grootte van de populatie wordt geschat op aantallen die lopen in de honderden miljoen. De aantallen gaan mogelijk nog vooruit. Om deze redenen staat de tjiftjaf als niet bedreigd op de Rode Lijst van de IUCN.