De Sumatraanse orang-oetan (Pongo abelii) is een ernstig met uitsterven bedreigde orang-oetan (een soort mensaap) die van nature in het tropisch regenwoud op het Indonesische eiland Sumatra voorkomt.
Da
DagdierenFr
FrugivoorPl
Plantenetende dierenIn
InsectenetersFo
FolivoorLi
LignivoorBo
BoombewonendeZo
ZoochoryEi
Eiland endemischNo
NomadischSc
ScansoriaalTe
TerrestrischeTe
TerritoriaalLe
LevendbarendDi
Dieren met een lange nekPo
PolygynandrieSo
Solitaire dierenGe
Geen migrantS
begint metDe Sumatraanse orang-oetan en Borneose orang-oetan werden oorspronkelijk als twee ondersoorten van dezelfde soort beschouwd, maar worden nu algemeen gezien als twee aparte soorten. In vergelijking met de Borneose orang-oetan is de Sumatraanse orang-oetan kleiner en heeft het een lichter gekleurde en dikkere vacht. De Sumatraanse orang-oetan is socialer en eet meer insecten dan de Borneose soort. Anders dan de Borneose orang-oetan houdt de Sumatraanse orang-oetan zich voornamelijk in de bomen op, wat mogelijk komt door de aanwezigheid van de Sumatraanse tijger op Sumatra, de belangrijkste natuurlijke vijand van de Sumatraanse orang-oetan.
Volwassen mannetjes wegen gemiddeld 87 kilo en zijn 0,97 meter groot. Vrouwtjes wegen gemiddeld 37 kg en zijn 0,78 meter groot. De Sumatraanse orang-oetan kan meer dan 50 jaar oud worden. De oudste Sumatraanse orang-oetan in gevangenschap werd 62 jaar.
De soort wordt sinds 2002 door de IUCN aangemerkt als ernstig bedreigd ("kritiek"). De belangrijkste bedreiging is habitatverlies door ontbossing, voornamelijk voor houtwinning. In de laatste 75 jaar is de populatie met 80% gedaald. De soort komt nu alleen nog in het westelijk deel van Noord-Sumatra voor, voornamelijk in Nationaal Park Gunung Leuser. Het huidige aantal individuen die in het wild voorkomen wordt geschat op 14.600.
De Sumatraanse orang-oetan staat sinds 2000 op de IUCN-lijst van de 25 meest bedreigde primatensoorten ter wereld.