De blauwe rotslijster (Monticola solitarius) is een zangvogel uit de familie Muscicapidae (Vliegenvangers) en de onderfamilie van de "kleine lijsterachtigen". De vogel komt voor in bergachtig gebied van Zuid-Europa tot in China en Zuidoost-Azië.
De blauwe rotslijster is 21 tot 23 cm lang. Het is een middelgrote, slanke, lijsterachtige vogel met een lange snavel. Het mannetje is dof donkerblauw, met donkere vleugels. Het vrouwtje is bruin met een gebandeerde borst en een eveneens bruine staart.
De soort telt vijf ondersoorten:
laties in Zuid-Europa en Noordwest-Afrika, verder in West- en Midden-Azië tot in Noord-China en in het noorden van Zuidoost-Azië.
De soort telt vijf ondersoorten:
De vogels uit Europa, Noord-Afrika en Zuidoost-Azië zijn meestal standvogel (of ze trekken naar naburig laagland). Populaties uit Azië zijn trekvogels die overwinteren in Afrika ten zuiden van de Sahara, India en Zuidoost-Azië.
De vogel broedt in rotsig terrein dus meestal in berggebieden maar plaatselijk, bijvoorbeeld in Spanje, ook in laagland bij steengroeves, in ruïnes, kerken en andere gebouwen.
Omdat de Europese blauwe rotslijster standvogel is, zijn er weinig waarnemingen van dwaalgasten in Noordwest-Europa (minder dan 10). In Nederland zijn drie gedocumenteerde waarnemingen.
Het voedsel bestaat uit insecten en bessen.
De blauwe rotslijster heeft een enorm groot verspreidingsgebied en daardoor alleen al is de kans op uitsterven uiterst gering. De grootte van de populatie wordt geschat op 1-4 miljoen volwassen individuen. Dit aantal is stabiel. Om deze redenen staat deze rotslijster als niet bedreigd op de Rode Lijst van de IUCN.